‘Ik laat me niet uit het veld slaan.’
Lisa droomde van een baan in de hulpverlening. Maar ze liep tegen onwetendheid, vooroordelen en bureaucratie aan. ‘Waarom wordt er zo weinig gekeken naar de persoon áchter de visuele beperking?’
Lisa (30) werd slechtziend nadat ze als te vroeg geboren baby in de couveuse teveel zuurstof kreeg toegediend. ‘Met mijn ene oog zie ik nog vijf procent, met het andere zie ik niets,’ legt ze uit. ‘Ik zie nog op ongeveer een meter afstand. En ik ontwaar grote vlakken en felle kleuren.’ Sinds een jaar werkt Lisa als verzuimcoördinator op een regionaal opleidingscentrum. ‘In deze baan zet ik me in om studenten die dreigen uit te vallen, weer terug te laten keren op school. Ik houd daarbij contact met de student, de ouders en de leerplichtambtenaar.’
Onwetendheid en vooroordelen
Helaas is het voor haar niet makkelijk geweest om aan werk te komen. ‘Al op jonge leeftijd trok een baan in de hulpverlening me aan. En het is me ook gelukt om de hbo-opleiding maatschappelijk werk en dienstverlening af te ronden. Ik heb er hard voor moeten knokken, het ging met vallen en opstaan, maar aan het eind van de rit had ik mijn diploma. Vervolgens solliciteerde ik vol goede moed op vacatures bij zorgorganisaties. Toen liep ik echter tegen zoveel onwetendheid en vooroordelen aan. Er werd meteen aangenomen dat ik weinig uren zou kunnen werken en niet alle taken zou kunnen uitvoeren. Daar hoort dan direct een lagere functie, minder loopbaanperspectief én minder salaris bij. Het maakte me zo boos en gefrustreerd. Waarom zou ik wel een hbo-opleiding kunnen afronden, maar niet kunnen werken? Waarom kijken werkgevers niet voorbij de vooroordelen naar de persoon áchter de visuele beperking?’
Zenuwslopende bureaucratie
‘Ik liet me echter niet uit het veld slaan. Als ik iets wil, ga ik ervoor. Daarin ben ik een aanpakker. Uiteindelijk heb ik via een banenmarkt mijn huidige baan als verzuimcoördinator gevonden. Weliswaar geen baan in de hulpverlening, maar wel een functie waarin ik veel kan betekenen voor een ander. Ik was blij en kon niet wachten om te beginnen. Maar opnieuw kreeg ik met problemen te maken. Om op de computer te kunnen werken, heb ik een brailleleesregel en spraaksoftware nodig. Dit zijn kostbare hulpmiddelen en daarom is het mogelijk om ze van de overheid in bruikleen te krijgen. Je moet daarvoor wel een lange, bureaucratische aanvraagprocedure doorlopen. Dat was enorm zenuwslopend. Uiteindelijk heb ik drie maanden moeten wachten. Al die tijd was ik bang dat mijn werkgever alsnog zou afhaken en toch zou kiezen voor iemand zonder beperking. Want die zou wel meteen aan de slag kunnen!’
Corona
‘Gelukkig is het goed gekomen. Hoewel, vlak nadat ik was begonnen kwam de coronapandemie. Dus mijn collega’s en ik moesten thuis gaan werken. Al het contact gaat nu via e-mail, telefoon of videobellen. Veel minder persoonlijk, dat vind ik jammer. Maar het voordeel is dat ik nu niet hoef te reizen. Normaal gesproken kost me dat veel energie vanwege mijn visuele beperking. Energie die ik nu overhoud en kan besteden aan mijn grote hobby paardrijden.’
Zorgen over toekomst
‘Ik maak me wel soms zorgen over mijn toekomst. Want mocht ik over een paar jaar zijn uitgegroeid in mijn huidige functie, is het voor mij dan mogelijk om over te stappen naar een nieuwe baan bij een andere organisatie? Ik krijg dan wéér te maken met de procedure voor het aanvragen van hulpmiddelen. Wil een nieuwe werkgever wel rekening houden met de tijd die dat kost? Dat maakt mijn kansen om me professioneel te ontwikkelen en te groeien in salaris kleiner. Terwijl iedereen daar recht op zou moeten hebben. Voor een betere arbeidsparticipatie van mensen met een visuele beperking zeg ik: stop met die bureaucratie. En denk in plaats daarvan in mogelijkheden, dan kun je als overheid veel meer betekenen.’
Meer lezen?
Op de pagina ‘Werk aan de winkel!’ lees je meer openhartige, persoonlijke verhalen, feiten en cijfers over arbeidsparticipatie én hoe wij samen met jou de kans op werk kunnen vergroten.