‘Ik laat me niet beperken door mijn beperking.’
Als het gaat om werk, staan mensen met een visuele beperking enorm aan de zijlijn. Dat moet anders en daar zetten wij ons voor in. Onder meer door de overheid aan te sporen. Daan de Kort is bij de verkiezingen in maart 2021 in de Tweede Kamer gekomen. Hij is daarmee na Sander Terphuis het tweede Kamerlid met een visuele beperking in de geschiedenis van het parlement. Hoe is hij zover gekomen en hoe gaat hij inzetten op betere kansen op de arbeidsmarkt voor mensen die slechtziend of blind zijn?
Daan (28) was een 15-jarige, sportieve havo-scholier toen hij totaal onverwacht problemen kreeg met zien. Binnen een paar dagen ging zijn zicht hard achteruit, totdat het echt niet meer ging. ‘’s Morgens ging ik nog gewoon naar school, maar ’s middags durfde ik niet naar huis te fietsen, zo erg was het ineens,’ vertelt hij. ‘Uit een MRI-scan bleek dat ik een zeldzame botaandoening heb. Er groeide een bot tegen mijn oogzenuw aan.’ Tijdens een zware operatie werd het bot verwijderd, maar de zenuw was al beschadigd. ‘De ingreep heeft wel voorkomen dat ik volledig blind ben geworden. Ik zie nu nog vier procent met het centrale deel van mijn zicht, dat betekent dat ik nog net contouren en schimmen kan ontwaren.’
Boos en gefrustreerd
Aanvankelijk besefte Daan niet goed wat het verlies van zijn zicht betekende. ‘Als je 15 bent, is gezond zijn vanzelfsprekend. Daar sta je nooit bij stil. Gaandeweg drong tot me door wat ik allemaal moest opgeven. Ik sportte bijvoorbeeld heel graag, zat op tennisles en voetbal. Bij de voetbalclub was ik ook jeugdtrainer en vrijwilliger. Vijf dagen in de week was ik met mijn grote liefde sport bezig. Dus toen duidelijk werd dat ik daarmee moest stoppen, was dat heftig. Het maakte me erg boos en gefrustreerd.’
Speciale school
‘Na de operatie begon ik aan een revalidatietraject. Ik leerde braille, op de computer werken en hoe ik mijn weg kan vinden. Het omschakelen van een visuele naar een auditieve oriëntatie ging me goed af. Ik pakte het snel op, waarschijnlijk omdat ik nog jong was. Toch vonden mijn begeleiders dat ik het beste kon overstappen naar een speciale school voor leerlingen met een visuele beperking. Maar dat wilde ik absoluut niet. Er was al zoveel veranderd in mijn leven, ik wilde in mijn eigen veilige wereld blijven. Bij mijn vrienden en familie, zij waren mijn grote steun. Mijn ouders hebben toen in overleg met mijn middelbare school geregeld dat ik daar kon blijven om mijn havo-diploma te halen. Als het les- en toetsmateriaal digitaal beschikbaar was, luisterde ik het af via spraaksoftware. En was het alleen op papier voorhanden, dan kreeg ik van medeleerlingen een digitale samenvatting die ik af kon luisteren. Of de docent las het voor. Zo wist ik me toch goed te redden.’
Goed geheugen en gehoor
‘Al met al ben ik er sterker uitgekomen. Ik heb al jong geleerd om te overleven. Dat is wat mijn visuele beperking me gebracht heeft. Wat je overkomt kun je niet kiezen; hoe je ermee omgaat wel. Ik kan niet goed meer zien, maar ik mankeer niets tussen mijn oren. Mijn gebrek aan zicht compenseer ik met een heel goed geheugen en gehoor.’
Politiek actief
‘Met die instelling is het me gelukt om na de havo een hbo-opleiding bestuurskunde af te ronden. Tijdens mijn studie werd ik ook politiek actief. Ik was fractievoorzitter en lijsttrekker van de lokale VVD in mijn woonplaats. Toen al maakte ik me sterk voor mensen met een visuele beperking. Ik heb me bijvoorbeeld samen met de European Blind Union ingezet voor beter toegankelijke verkiezingen voor Nederland en Europa. Onder andere door druk uit te oefenen op de invoering van de stemmal met audio-ondersteuning. Met deze mal kunnen mensen die slechtziend of blind zijn zonder hulp hun stem uitbrengen in het stemhokje. In 2018 ging ik aan de slag als wethouder economische zaken, sport, onderwijs en dienstverlening in Veldhoven. Ook in deze functie zet ik mijn geheugen en gehoor in. Mijn dossiers lees ik met behulp van spraaksoftware op mijn iPhone. Mensen waar ik een afspraak mee heb, herken ik aan hun stem. En voor werkbezoeken rijd ik met een collega mee of neem ik een taxi. Kortom, ik laat me niet beperken door mijn beperking.’
Focus op talent
‘En nu ben ik Tweede Kamerlid voor de VVD. Mijn motto is: focus op talent. Ga niet uit van wat iemand níet kan, maar wat hij of zij specifiek wél kan. Hulpverlenende en uitkeringsinstanties en werkgevers doen dat veel te weinig, heb ik zelf ervaren. Er wordt nog zoveel in hokjes gedacht. Terwijl een medewerker met een beperking een verrijking kan zijn, want je brengt juist andere kwaliteiten in. In de Tweede Kamer wil ik me dan ook inzetten voor een betere begeleiding naar werk en betere ondersteuning op de werkvloer voor mensen met een visuele beperking. En dat ook voor hen werken altijd loont.’
Eigenwijs
‘Tegen anderen met een visuele beperking wil ik zeggen: laat je niet aan de kant zetten. Je mag best eigenwijs zijn, volg je eigen gevoel. Zo heb ik het zelf ook gedaan. Het was zeker niet altijd makkelijk, maar het heeft me wel gebracht waar ik nu sta.’
Meer lezen?
Op de pagina ‘Werk aan de winkel!’ lees je meer openhartige, persoonlijke verhalen, feiten en cijfers over arbeidsparticipatie én hoe wij samen met jou de kans op werk kunnen vergroten.